Don’t fill this out if you're human:
Naam
Leerlingcode
Feedback
Verzenden
Studeamus
spqr
overzicht
thema 1
1. flumen
1. grammatica
1. tekst
2. lupa
2. grammatica
2. tekst
3. regnum
3. grammatica
3. tekst
4. capitolium
4. grammatica
4. tekst
5. ignis vestae
5. grammatica
5. tekst
6. castor et pollux
6. tekst
thema 2
8. triumphus
8. grammatica
8. tekst
9. gladiatores
9. grammatica
9. tekst
10. spectacula
10. grammatica
10. tekst
11. pugna
11. grammatica
11. tekst
12. circus maximus
12. grammatica
12. tekst
13. theatrum
13. tekst
thema 3
15. matrona
15. grammatica
15. tekst
16. toga virilis
16. grammatica
16. tekst
17. funus
17. grammatica
17. tekst
18. servi
18. grammatica
18. tekst
thema 4
22. pictura
22. grammatica
22. tekst
23. thermopolium
23. grammatica
23. tekst
24. triclinium
24. grammatica
24. tekst
25. fullonia
25. grammatica
25. tekst
26. pistrina
26. grammatica
26. tekst
27. thermae
27. tekst
thema 5
29. hannibal
29. grammatica
29. tekst
30. ad portas
30. grammatica
30. tekst
31. scipio
31. grammatica
31. tekst
32. alexander
32. grammatica
32. tekst
33. alexandria
33. grammatica
33. tekst
thema 6
36. bellum gallicum
36. grammatica
36. tekst
37. alesia
37. grammatica
37. tekst
38. vercingetorix
38. grammatica
38. tekst
39. alea iacta est
39. grammatica
39. tekst
40. veni vidi vici
40. grammatica
40. tekst
41. idus martiae
41. tekst
thema 7
43. livia
43. grammatica
43. tekst
44. claudius
44. grammatica
44. tekst
45. nero
45. grammatica
45. tekst
46. flavii
46. grammatica
46. tekst
47. traianus
47. tekst
thema 8
50. provincia
50. grammatica
50. tekst
51. opera publica
51. grammatica
51. tekst
52. diploma
52. grammatica
52. tekst
53. limes
53. tekst
54. julius civilis
54. grammatica
54. tekst
vocabularium
1: Grammatica
Stappenplan
Leer de woordjes van les 1
.
Maak mandatum I
.
Maak mandatum II
.
Leer de rijtjes van
femina
,
servus
en
rex
.
Maak mandatum III
.
Maak mandatum IV
.
Maak mandatum V
.
Extra oefenmateriaal
Oefen de zelfstandige naamwoorden met Nomina (kies 'SPQR les 1')
.
wat moet ik nu kunnen?
1a.
Ik kan uitleggen wat een 'persoonsvorm' is.
1b.
Ik kan de persoonsvorm enkelvoud en meervoud herkennen.
1c.
Ik kan de persoonsvorm enkelvoud en meervoud vertalen.
1d.
Ik kan uitleggen wat een 'infinitivus' is.
1e.
Ik kan de infinitivus herkennen.
1f.
Ik kan de infinitivus vertalen.
1g.
Ik kan de vormen van esse herkennen en vertalen.
1h.
Ik kan uitleggen wat een 'zelfstandig naamwoord' is.
1i.
Ik kan uitleggen wat een 'onderwerp' is.
1j.
Ik kan uitleggen wat een 'lijdend voorwerp' is.
1k.
Ik kan uitleggen wat een 'naamval' is.
1l.
Ik kan uitleggen welke functie de nominativus heeft.
1m.
Ik kan uitleggen welke functie de accusativus heeft.
1n.
Ik kan een zelfstandig naamwoord als nominativus vertalen.
1o.
Ik kan een zelfstandig naamwoord als accusativus vertalen.
1p.
Ik kan uitleggen wat 'getal' inhoudt.
1q.
Ik kan op basis van de woordenlijstvorm het rijtje voor een zelfstandig naamwoord bepalen.
1r.
Ik kan op basis van de woordenlijstvorm de stam van een zelfstandig naamwoord bepalen.
1s.
Ik kan zelfstandige naamwoorden benoemen.
1t.
Ik kan zelfstandige naamwoorden vertalen.
Klaar?
Ga verder met tekst 1